History Files
 

DEU ENG FRA NDL

Please help the History Files

Contributed: £175

Target: £400

2023
Totals slider
2023

The History Files still needs your help. As a non-profit site, it is only able to support such a vast and ever-growing collection of information with your help, and this year your help is needed more than ever. Please make a donation so that we can continue to provide highly detailed historical research on a fully secure site. Your help really is appreciated.

 

 

Kemmelberg

Eerste Boeren Deel 2: Omvang Van De Neolithische Site

door J L Putman & M Soenen

De eerste bescheiden prospecties op de site Kemmelberg dateren van het einde van de negentiende eeuw. Deze werden doorgezet tot aan de Eerste Wereldoorlog (1914–1918) en leidden tot de identificatie van een neolithische nederzetting.

Baron Maurice de Maere d'Aertrycke (1864-1941) was één van de eersten die prospecteerde op de Kemmelberg.

Fig 11: Baron Maurice de Maere d'Aertrycke
Foto Publiek domein

Fig 11: Baron Maurice de Maere d'Aertrycke.

De algehele en diepgaande bodemravage door de oorlog in 1918 heeft de intenties tot meer uitgebreid archeologisch terreinonderzoek gefnuikt. Eerst in de zestiger jaren van de vorige eeuw werd - na kleinschalige opgravingen - de connectie weer hersteld en kwam verrassend een tot dan toe onbekend aspect van de site in beeld: de ijzertijd.

Fig 12: Kleinschalige testopgravingen, campagne 1967
Foto © Jean Luc Putman

Fig 12: Kleinschalige testopgravingen, campagne 1967.

Grootschalige - op de ijzertijd gerichte - opgravingen tussen 1968 en 1980, konden meteen het beeld van de neolithische bezetting op het plateau bijsturen. Ze illustreerden hoe sterk ook de grondwerken in de ijzertijd en terreinverstoringen in historische perioden op de Kemmelberg, een hypotheek hadden gelegd op de studie van de neolithische fase.

Toch werden er op één plaats heel wat neolithische sporen en vondsten in situ aangetroffen. Tussendoor bleven systematische prospecties vanaf de aanvang van de zestiger jaren doorgaan tot 2012.

Door het gediversifieerd terreinwerk kreeg men op die manier geleidelijk zicht op de eigenschappen van de neolithische site.

Fig 13: Grootschalige opgravingen van 1972, zone neolithicum in situ
Foto © A Van Doorselaer, RAMS

Fig 13: Grootschalige opgravingen van 1972, zone neolithicum in situ.

Het totaalbeeld van de neolithische site op de Kemmelberg valt uiteen in twee delen: de flanken en een ellipsvormige plateautopzone, die een oppervlakte van drie hectare beslaat.

Deze topzone situeert zich voor een groot deel boven de 150 m hoogtelijn.

De goed aaneengesloten vondstenzones in dit geheel leverden aan de oppervlakte talrijke silexartefacten op, maar weinig vaatwerkfragmentjes wegens de moeilijke bewaringsmogelijkheden.

Fig 14: Topzone (boven de 150 m hoogtelijn)
Foto © A Van Doorselaer, RAMS

Fig 14: Topzone (boven de 150 m hoogtelijn) en neolithische zone in situ (onderaan links) (bewerking W Willems).

Bij de opgravingen werden er talrijke sleuven geopend op de top van de Kemmelberg.

Naast ijzertijdmateriaal bevatten alle overal veel materiaal uit het neolithicum.

Dit alles wijst op een vrij intense neolithische bewoning op de topzone.

Daarbinnen tekende zich op de zuidwestelijke rand van de plateautop een tot hiertoe beperkte ruimte af, waar in situ neolithische resten bewaard bleven, heel toevallig ondiep.

Buiten de beboste top is daarnaast de dichtheid van de vondsten uit prospectie wisselend.

De terreinbezetting en de exploitatie van een landschap met gemengd loofbos op leem- en zandleembodems door de midden-neolithische boeren, lijkt gedaald te zijn op de heuvelflanken tot een wisselende benedenlijn, met laagste niveau op vijftig meter en tot op een afstand van plaatselijk ruim duizend meter vanaf de top op 154 m. Meteen waren de twee bronniveaus op 130-140 m en 80 m hoogte binnen bereik.

Fig 15: Bronniveaus Kemmelberg
Foto © NGI, bewerking GDI Vlaanderen
 

Fig 15: Bronniveaus Kemmelberg
Lichtblauwe lijnen = hoogste bronniveau
Donkerblauwe lijnen = laagste bronniveau.

Het beeld van de neolithische aanwezigheid van de mens op de Kemmelberg in het laat- en finaal-neolithicum (3 500-2 000 v.C.) is vertekend. Met zekerheid herkenbare artefacten uit die perioden zijn zeldzaam en beperken zich tot enkele pijlpunten.

De wellicht aanwezige elementen uit het domein van vaatwerk en silexbewerking blijven als dusdanig onherkenbaar in de massa van midden-neolithisch materiaal.

In de bedding van de Heidebeek te Haringe - op twintig kilometer van de Kemmelberg en op de grens België-Frankrijk - vond Remi Delerue in de tachtiger jaren van vorige eeuw een randscherf van een beker die tot een finaal-neolithische bekercultuur of de vroege bronstijd behoorde.


Vervolg in Deel 3

 

 

Tekst copyright © Archeo Kemmelberg. Een origineel kenmerk voor de History Files: Kemmelberg.